Haken

Donderdag 18 februari
Traject: Utrecht – Den Bosch
Tijd: 17.52 uur
Vertraging: 10 minuten

Het was druk op station Utrecht. Dat is het eigenlijk altijd, maar nu was het chaotisch druk. Een hele hoop types die je normaal niet ziet. Vooral veel vrouwen. Met driekwartbroeken en hoge laarzen. En met kekke brilletjes.

Koopavond.

Het is de enige avond in de week dat er zoveel mensen met zichtbaar plezier Hoog Catherijne inlopen. Er dient gegeten te worden op koopavond, bij La Place van de V&D. En vandaag was het extra leuk. Het restaurant had kortingsbonnen verspreid. En dus werd er flink doorgestapt op de Ecco’s.

Ik moest de andere kant op. Jammer.

In de trein naar Den Bosch was het ondanks de korting van meneer Vroom en meneer Dreesman vervelend vol. In de halletjes stonden mensen gelaten te wachten op vertrek. Alwéér geen zitplaats.

Je zag het ze bijna denken.

Gelukkig was er in de eerste klas nog genoeg ruimte. Ik ging zitten, ervan uitgaande dat de conducteur zich niet zou laten zien. Naast mij zat een jonge vrouw. Ze had iets meisjesachtigs. Blond haar in een knot. Ze was aan het haken.

Gefascineerd keek ik naar haar handen. Soepel bewogen vingers mee met de wol en de haaknaald wist zich bijzonder lenig door allerlei lussen heen te werken. Zij bediende die naald. Dat vond ik knap. Ooit had ik van een oude vrouw in een verzorgingstehuis twee uur lang handwerkles gehad. Daarna gaf ze het op. Ze had zelden zo weinig talent gezien.

Ik vroeg mijn buurvrouw wat ze maakte. “Polswarmers,” antwoordde ze en ze liet direct zien hoe ze perfect over haar handen schoven. Mooi. “Is dat nou moeilijk?” en ik wees op de gehaakte muts die voor haar lag. “Nee, helemaal niet! Deze had ik in een week af. Gewoon op YouTube gekeken hoe het moest. Dat is echt extreem handig.”

Ze zou in ons gesprek vaak het woord ‘extreem’ laten vallen. Ze was er duidelijk dol op. Ook op haken trouwens. Ik vond haar enthousiasme leuk. Terwijl we kletsten, ging ze vrolijk door. En binnen no-time had ze zo een kabelpatroon gehaakt. Naast mij zat een groot talent.

En zelf wist ze dat nog niet.

Toen we bijna in Den Bosch waren, deed ze een greep in haar volle tas. Er kwam een smartphone uit. “Even kijken hoor, waar ik het heb.” Haar vingers bedienden nu rap het touchscreen. “Ah, hier zijn ze!” Ik keek. Op het schermpje stonden foto’s van haar eerdere projecten. Een hertje en een teckel. Nu bestaande uit pixels, maar thuis gewoon gemaakt van wol.

En bijna kreeg ik ook weer zin.

Eén reactie

  1. Annegien

    Wat een herkenbaar verhaal ;). Leuk om mezelf hier terug te lezen, met een volgens velen accurate beschrijving :).

  2. Carina

    Waaaaah, dat is Annegien, extreem leuk, hilarisch vriendinnetje. En haken dat ze kan!
    Topblog trouwens. Leuk.

  3. mijsje

    😀 Leuk om te zien dat onze Annegien nu extreem beroemd is geworden 😀
    of in ieder geval dan vereeuwigd met haar haakkunst… 😉
    Ik ben benieuwd hoe de polswarmers zijn geworden, volgende week hoop ik ze te zien! 😀
    (leuke blog trouwens, gewoon over alles 🙂 )

  4. Eddie v. Boxtel

    Haken? haken!? HAKEN!?

    ik val al om van verveeldheid als ik eraan denk! 😉

    doe mij maar borduren, das veel hipper 🙂

  5. Er zitten wel veel haken en ogen aan dit verhaal hoor 😉

Geef een reactie op Eddie v. Boxtel Reactie annuleren